Gisteren kwamen verschillende kerken in het centrum van Amsterdam samen op de Dam voor een Jezusviering ter ere van het 750-jarig bestaan van Amsterdam. In 1275 werd Amsterdam namelijk voor het eerst officieel erkend als woonplaats, door het verlenen van tolprivileges.
Een Jezusmars, een botenparade door de grachten met aanbiddingsbands van verschillende kerken en een doorlopend programma van aanbidding en getuigenis vanaf een podium op de Dam markten zowel Amsterdammers als bezoekers bewust van de kleur, vitaliteit en diversiteit van de kerk in de stad.
Als onderdeel van deze dag was mij gevraagd iets te doen wat ofwel heel moedig ofwel heel dwaas bleekt te zijn. Namelijk proberen om het negen eeuwen lange verhaal van Amsterdam op een boeiende manier te vertellen!
Toen me dit voor het eerst werd gevraagd, dacht ik: ‘slecht idee, verkeerde setting’. Maar langzaam begon ik me te realiseren hoeveel dramatische en belangrijke gebeurtenissen de Dam zelf in deze negen eeuwen heeft meegemaakt. Misschien zou dat de aandacht van het publiek kunnen vasthouden.
Zoals op die ochtend in maart 1345, toen een dienstmeisje met een klein kistje in haar handen over de Dam rende, van de Kalverstraat naar de Sint-Nicolaaskerk (nu de Oude Kerk). ‘Vader! Vader!’ riep ze tegen de priester, ‘er is een wonder gebeurd! God is in Amsterdam verschenen!’
Ik heb hier al eerder over geschreven en uitgelegd hoe en waarom het meisje meerdere keren heen en weer rende over de Dam, wat ertoe leidde dat Amsterdam werd uitgeroepen tot wonderstad, een pelgrimsoord. Duizenden mensen uit heel Europa kwamen naar de stad op zoek naar speciale spirituele zegeningen, waaronder twee keizers van het Heilige Roomse Rijk, Maximiliaan en Karel V.
Navel van de wereld
Op de Dam werden de eerste predikers van de Reformatie op gruwelijke wijze gestraft. Een arme weduwe van een gemartelde wederdoper, Anneke Jansz, werd aan een ladder vastgebonden en in een vreugdevuur op de Dam gegooid en verbrand – omdat ze weigerde haar baby te laten dopen!
Op 26 mei 1578 sleepte een protestantse menigte de katholieke stadsbestuurders uit het stadhuis op de Dam, voerde hen naar twee wachtende boten en verbande hen uit de stad. Vanaf dat moment was Amsterdam een protestantse stad, vrij van de controle van de katholieke kerk en de keizer. Vrijheid onder God – de vrijheid om te doen wat je moet doen in de vreze Gods en je eigen geweten te volgen, om zijn Boek der Werken, de schepping, te verkennen, evenals zijn Boek der Woorden, de Bijbel – leidde tot een eeuw van innovatie, onderzoek, ontdekkingen en welvaart.
De Dam werd het centrum van het financiële en handelscentrum van de wereld – omringd door de eerste effectenbeurs ter wereld, de eerste multinationale handelsonderneming ter wereld (de VOC/Oost-Indische Compagnie), de beroemdste scheepsbouwers ter wereld en de beste kaartenmakers ter wereld. Amsterdam raakte bekend als de ‘boekwinkel van de wereld’, met meer boeken die in Nederland werden gedrukt dan in alle andere Europese landen samen.
Aangetrokken door de vrijheid van denken en meningsuiting in Amsterdam, bezochten filosofen als Descartes en Locke regelmatig de Dam voor dagelijkse discussies, lezingen, en om te schrijven en publiceren, waarbij ze ideeën ontwikkelden die de moderne geest zouden vormen. Deze beiden waren gelovigen wier geloof mede steunde op verstandelijk redeneren. Latere filosofen in Frankrijk en Engeland beweerden dat alleen wat redelijk was, kon worden aanvaard. In het tijdperk van de Verlichting betekende de vrijheid om je eigen redenering te volgen, vrijheid zonder God – de vrijheid om te doen wat je wilde.
In salons, eethuizen, kroegen en huizen in de buurt van de Dam reageerden 19e-eeuwse schrijvers, dichters, filosofen en juristen op het rationalisme in de romantische beweging; zij hielden vol dat mensen gevoelswezens waren en een ziel hadden die gevoed moest worden. Sommige vooraanstaande Amsterdammers werden geïnspireerd door het Réveil, afkomstig uit het calvinistische Zwitserland, wat leidde tot nieuw geestelijkleven en maatschappelijke actie. Nieuwe bewegingen zetten zich in voor de armste delen van de stad en zijn nog steeds actief.
Jezusrevolutie
Een jonge predikant die beïnvloed was door leiders van de Réveil verkondigde op een dag in 1880 vanaf de preekstoel van de Nieuwe Kerk op de Dam dat ‘er geen vierkante centimeter van het menselijk leven is waar Christus, die over alles heerst, niet zegt: “Mijn!”’ (“Dat is van Mij!”). Van daaruit richtte Abraham Kuyper de Vrije Universiteit op, vrij van controle door kerk en overheid, om jonge professionals op te leiden voor een carrière in het onderwijs, de journalistiek, de politiek en het bedrijfsleven, maar ook in de kerk, om Gods koninkrijk in alle aspecten van het leven te bevorderen. Kuyper, een van de meest invloedrijke staatslieden van Nederland, was premier aan het begin van de 20e eeuw en zijn diepgaande invloed is nog steeds zichtbaar in het Nederlandse onderwijs, de media en de politiek.
Twee wereldoorlogen en een depressie domineerden een groot deel van de 20e eeuw. Toen in mei 1945 de vrede kwam, kwamen de Amsterdammers naar de Dam om dat te vieren. Plotseling begonnen Duitse officieren vanaf een balkon op de hoek van het plein op de menigte te schieten, waarbij ongeveer 30 ongewapende mensen omkwamen.
Ja, de Dam is getuige geweest van negen eeuwen aan geschiedenisbepalende gebeurtenissen. In het begin van de jaren zeventig verzamelden hippies en wereldreizigers zich op de Dam in een culturele en seksuele revolutie. Sommigen van deze zoekers ontmoetten Jezus en sloten zich aan bij de Jezusrevolutie.
Diezelfde Jezus werd gisteren opnieuw geëerd op de Dam.

Tot volgende week,