Wij westerlingen, die alleen de zeventig jaar vrede hebben gekend ondersteund door de internationale orde die na de Tweede Wereldoorlog werd ingesteld, weten weinig van de angst en vrees die Oekraïners en anderen in oorlogsgebieden dagelijks ervaren.
Gruwelijke berichten over de wrede Russische aanvallen op het Okhmatdyt kinderziekenhuis in Kiev een paar dagen geleden, samen met andere ziekenhuizen en burgerdoelen, stuurden schokgolven door de stad, de natie en over de hele wereld over de wrede minachting van het Kremlin voor het internationale recht.
Voor Ira Kapitonova en haar familie in Kiev zijn Russische raketten eng en ze voelen angst en bezorgdheid tijdens luchtaanvallen of langdurige stroomuitval. Ira schreef hoe hun avondmaaltijd een paar dagen geleden werd onderbroken door sirenes en ze hun eten op de gang moesten opeten. Toen ze samen hun dagelijkse Bijbelgedeelte lazen, putten ze moed: Wees dus niet bang voor hen, want niets is verborgen dat niet onthuld zal worden, of niets is geheim dat niet bekend zal worden. … En vrees niet voor hen die wel het lichaam doden maar niet de ziel. Wees liever bang voor hem die zowel ziel als lichaam kan vernietigen in de hel. — Matteüs 10:26, 28
Hier in het westen hebben de nasleep van verkiezingen in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en voor het Europees Parlement, een pas geïnstalleerde (extreem) rechtse regering in Nederland en een aanstaande presidentsverkiezing in de VS tussen twee geriatrische kandidaten, samen een klimaat van onvoorspelbaarheid in Europa en daarbuiten gecreëerd… en een zekere mate van angst.
Het instinct om zich terug te trekken in isolationisme en nationalisme is begrijpelijk. Toch speelt het autoritaire, antidemocratische krachten in de kaart die proberen de huidige internationale orde, die gebaseerd is op mondiaal bestuur, economische stabiliteit en collectieve veiligheid, omver te werpen. Die orde werd gevormd als reactie op het falen van Versailles en de Volkenbond, de Grote Depressie en het geweld van de Tweede Wereldoorlog.
Aan de overkant van de Atlantische Oceaan hebben de Amerikanen altijd geworsteld met de angst dat hun betrokkenheid bij wereldzaken hun grote experiment in gevaar zou brengen. Wat hen bereid maakte om zich aan te sluiten bij de worstelende geallieerden die tegen Hitler vochten, was niet in de eerste plaats de Pearl Harbour aanval van december 1941. Elf maanden eerder, op 6 januari 1941, te midden van grote wereldwijde onzekerheid en onvoorspelbaarheid, hield president Franklin Roosevelt zijn beroemde ‘Vier Vrijheiden’ State of the Union-toespraak voor het Congres.
Terwijl hij zijn toespraak voorbereidde met drie naaste medewerkers in zijn studeerkamer, sloot Roosevelt zijn ogen, leunde achterover in zijn draaistoel, vroeg om stilte en begon, na een lange pauze, langzaam een visie op vrijheid te dicteren die zich over de hele wereld uitstrekte: ‘vier vrijheden’ waarvan hij geloofde dat Amerikanen bereid zouden zijn ervoor te vechten, en indien nodig, ervoor te sterven. Hij begon:
“We kijken uit naar een wereld die gebaseerd is op vier essentiële menselijke vrijheden.
“De eerste is vrijheid van meningsuiting — overal ter wereld.
“De tweede is de vrijheid van ieder mens om God op zijn (zo staat het woordelijk) eigen manier te aanbidden — overal ter wereld.
“De derde is vrij zijn van gebrek — wat, vertaald in wereldtermen, economische afspraken die elke natie een gezond leven in vredestijd voor haar inwoners zullen verzekeren — overal ter wereld.
“De vierde is vrijheid van angst — wat, vertaald in wereldtermen, betekent een wereldwijde vermindering van de bewapening tot een zodanig punt en op zo’n grondige manier dat geen enkel land in staat zal zijn een daad van fysieke agressie te plegen tegen een buurland — waar ook ter wereld.
“Dat is geen visie van een ver millennium. Het is een duidelijke basis voor een soort wereld die in onze eigen tijd en generatie bereikbaar is. Dat soort wereld is precies het tegenovergestelde van de zogenaamde nieuwe orde van tirannie die de dictators proberen te creëren met het neerstorten van een bom.
“Tegenover die orde stellen we het grote concept — de morele orde. Een goede samenleving is in staat om zowel plannen voor wereldheerschappij als buitenlandse revoluties zonder angst tegemoet te treden.“
Deze Vier Vrijheden werden opgenomen in het Atlantisch Handvest dat in augustus 1941 door Winston Churchill en FDR werd afgekondigd; in de Verklaring van de Verenigde Naties van 1 januari 1942; en in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens die in 1948 door de Verenigde Naties werd aangenomen dankzij het werk van Roosevelts weduwe, Eleanor.
Het thema van de vier vrijheden inspireerde illustrator Norman Rockwell tot de bovenstaande schilderijen, die voor het eerst werden gepubliceerd op covers van het populaire nationale tijdschrift The Saturday Evening Post en later op posters om oorlogsobligaties in te zamelen.
In deze tijd van populistische leiders die beweren de Joods-christelijke waarden te verdedigen terwijl ze de democratie van binnenuit ondermijnen, is het nuttig om ons af te vragen wat voor soort leiderschap resulteert in de vrijheden die Roosevelt voorstond.
Moge God ons leiders geven die zich inzetten om deze vrijheden overal in onze wereld uit te breiden!
Tot volgende week,