Afgelopen weekend vierde de kerk die Romkje en ik bezoeken, de Noorderkerk, 400 jaar christelijke aanwezigheid in de stad Amsterdam, met onder andere concerten, rondleidingen, exposities en een burgemeestersbezoek.
Op Pasen 1623, vijfenvijftig jaar nadat de stad ervoor koos om protestant te worden, gingen de deuren van de Noorderkerk open naar de grotendeels migrantenbuurt. Het was de eerste kerk in de stad met een specifieke protestantse architectuur, waarbij de preekstoel meer in het midden van de gemeente werd geprojecteerd om de centrale plaats van Gods Woord te benadrukken.
Acht jaar later verhuisde een jonge kunstenaar genaamd Rembrandt van Rijn vanuit Leiden naar de stad om naam te maken. Of hij ooit naar deze kerk is geweest, weten we eigenlijk niet. Maar zijn nieuwsgierigheid naar de architectonische nieuwigheid van de kerk zou hem er hoogstwaarschijnlijk ooit naartoe hebben getrokken. Tijdens zijn carrière in de stad produceerde hij meer dan 800 schilderijen, tekeningen en etsen op basis van de Bijbel, vele met Jezus.
Meer dan 250 jaar later arriveerde een andere jonge man genaamd Vincent van Gogh in de stad in de hoop theologie te gaan studeren. In tegenstelling tot Rembrandt weten we veel over zijn bezoeken aan de Noorderkerk. In zijn brieven aan zijn broer Theo schreef hij uitvoerige beschrijvingen, onder meer van de eerste kerkdienst die hij in de stad bijwoonde, de zondagsdienst om 7 uur in de Noorderkerk. Dit werd een patroon voor hem tijdens zijn studententijd. Dit werd een patroon voor hem tijdens zijn studententijd. Hij bezocht dan andere diensten elders, voordat hij bijbelles gaf aan straatkinderen in een stadsmissie.
Het oog van de kunstenaar
Hoewel hij in de kunstwinkel van zijn oom had gewerkt, had hij op dat moment geen ambitie om zelf kunstenaar te worden. Hij wilde net als zijn vader predikant worden en het Woord van God zaaien. Een van de eerste preken die hij in de Noorderkerk hoorde, ging over de gelijkenis van de zaaier. Diep onder de indruk zou Vincent later meer dan dertig etsen en schilderijen over dit onderwerp maken.
Toch zag hij ook toen al alles met het oog van een kunstenaar. Hij vertelde Theo hoe de predikant ‘als het ware schilderde…met het gevoel van een kunstenaar in de ware zin des woords’.
‘Vanmorgen zag ik in de kerk een oude dame,’ vervolgde hij, ‘die me zo deed denken aan die ets van Rembrandt, een vrouw die in de Bijbel heeft zitten lezen, en in slaap is gevallen met haar hoofd leunend op haar hand… .’
Toch werd zijn hoop om predikant te worden nooit vervuld. Hij verbleef ongeveer 400 dagen in de stad als student, 1877-1878, voordat hij naar België verhuisde om als evangelist onder mijnwerkers te werken. Verder falen en afwijzing daar leidde uiteindelijk in 1880 tot zijn besluit om kunstenaar te worden.
In tegenstelling tot Rembrandt, wiens werk hem begon te fascineren en inspireren toen hij in Amsterdam woonde, zou Vincent tijdens zijn korte leven nooit enige erkenning of roem genieten. Hij heeft maar één schilderij verkocht! Hoewel hij als kunstenaar nooit in Amsterdam heeft gewoond, is een van de grootste toeristische attracties van de stad tegenwoordig een museum met veel van zijn 900 schilderijen en tekeningen. Ook in tegenstelling tot Rembrandt, wiens werk grotendeels in Amsterdam is gemaakt, bestond Vincents enige werk in de stad uit twee snelle schetsschilderijen van scènes op een paar honderd meter van de Noorderkerk.
Levend vlees
Momenteel vertelt een spectaculaire 360-graden audiovisuele ervaring hoe Vincents werk werd beïnvloed door de oudere meester, door 36 projectoren gericht op de eeuwenoude muren en het plafond van de Noorderkerk. Bezoekers kunnen Vincent meets Rembrandt bekijken vanuit de kerkbanken of liggen op zitzakken op de vloer en luisteren naar het Engelstalige commentaar in van Goghs eigen woorden.
Voor de 400-jarige herdenking van de Noorderkerk werd ik uitgenodigd om een tentoonstelling te maken over de onwaarschijnlijke relatie van deze twee wereldberoemde schilders met dit artistiek sobere, typisch calvinistische heiligdom. Dit leidde op zijn beurt weer tot gelegenheden om met bezoekers te praten over de relatie die beide schilders hadden met Degene waarvan hun kunst spreekt als de ware Meester.
Moderne en postmoderne perspectieven van (vaak) bijbels ongeletterde en geestelijk toondove kunstcritici en curatoren negeren deze boodschap van deze twee Nederlandse meesters. Het seculiere verhaal wil dat Vincent het christendom verwerpt terwijl hij zichzelf opnieuw uitvindt als kunstenaar. Maar zoals Anton Wessels, emeritus hoogleraar religie, betoogt in ‘A Kind of Bible; Vincent van Gogh as evangelist’, brak van Gogh weliswaar met het institutionele christendom van zijn vader, maar bleef hij op zijn eigen manier een evangelist.
Op latere leeftijd schreef hij over Jezus ‘als een grotere kunstenaar dan wie dan ook; want hij verachtte marmer, klei en het palet en werkte aan levend vlees. Dat wil zeggen, … hij schiep echt levende mensen, onsterfelijken.’
Dit is een verhaal dat we volgende maand willen ontvouwen met een uitgebreide tentoonstelling in Look Up, de YWAM boekwinkel/kunstgalerie/informatiecentrum in hartje Amsterdam, met als thema: Vincent and Rembrandt meet Jesus.
PS Iedereen is welkom in Stockholm voor het State of Europe Forum. Vrijdagavond is een open evenement. Heb je je ingeschreven voor zaterdag?
Tot volgende week,